Een gedeelde missie
Al deze projecten focussen zich op één vraag: hoe zorgen we voor voldoende goed opgeleide vakmensen om de energietransitie in de regio te laten slagen? Of het nu gaat om batterijtechnologie, groene chemie of installatietechniek… samenwerking en passende trajecten zijn hiervoor super belangrijk! Jongeren, zij-instromers en werkenden moeten de kans krijgen om zich continu te (blijven) ontwikkelen met flexibele scholingsmodules en praktijkgerichte onderwijsprogramma’s.
Dit kan rechtstreeks via de onderwijs- en kennisinstellingen of gezamenlijk op het platform Brabant Leert, waar het complete cursusaanbod overzichtelijk gepresenteerd moet gaan worden. Dit sluit perfect aan bij de ambities van het voortgezet onderwijs, mbo en hbo om wendbaar en toekomstbestendig te blijven. Door samen te werken met bedrijven en overheden vernieuwen we het onderwijs en versterken we de economische positie van de regio.
Mooie vooruitgang
De projectpartners werken aan een goed overzicht van alle opleidingen en cursussen die in de regio beschikbaar zijn. Er wordt volop overlegd met bedrijven en overheden om de opleidingsbehoeften te begrijpen en bestaande kennis te koppelen aan nieuwe innovaties. Daarnaast zijn er opzetten voor nieuwe onderwijsmodules en programma’s ontwikkeld, zoals een introductiemodule voor de energietransitie en doorlopende leerlijnen van mbo tot hbo die goed aansluiten bij de praktijk. Ook is er een stappenplan opgesteld om succesvolle (energie)techniekcampagnes te lanceren. Dankzij duidelijke communicatie en regelmatig overleg blijven alle betrokkenen direct met elkaar verbonden.
Uitdagingen onderweg
De urgentie om het tekort aan technische experts aan te pakken is groot. Maar zoals bij elke samenwerking komen er ook uitdagingen bij kijken. Het vrijmaken van personeel, het coördineren van verschillende partijen en het vinden van gezamenlijke doelen voor onderwijsinstellingen is niet altijd makkelijk. Wat voor het voortgezet onderwijs belangrijk is, is soms minder relevant voor het hbo. Ook verschillen vaak de beschikbare middelen, zoals budget, personeel en tijd.
Om dit soort projecten goed van de grond te krijgen, is het daarom belangrijk dat directies over de juiste mensen beschikken, hen op een passende plek zetten en zorgen voor duurzame samenwerkingen. Dit vraagt om flexibiliteit: ook directies moeten meebewegen en bereid zijn onderweg veranderingen door te voeren.
Aan de slag!
Deze projecten hebben al waardevolle inzichten opgeleverd die toekomstige projecten een vliegende start kunnen geven. Een belangrijke tip van de projectleiders: begin gewoon! Wacht niet tot alles perfect is geregeld bij elke partner. Zet die eerste stap, start klein en leer gaandeweg. Blijf flexibel en weet waar je naartoe wilt met je project, maar pas je plannen aan als dat nodig is. Verbind mensen, zorg voor korte lijntjes, bouw vertrouwen op en stel samen heldere doelen.
En last but not least… communiceer altijd! Laat zien wat er gebeurt, deel successen én obstakels en zorg dat iedereen – van scholen tot bedrijven en beleidsmakers – op de hoogte blijft van de voortgang. Want alleen samen kom je verder.
De in dit artikel genoemde projecten en het onderzoek van MNEXT worden mogelijk gemaakt dankzij subsidies van Interreg Vlaanderen-Nederland, LLO Katalysator, Regionaal Investeringsfonds mbo (RIF) en Just Transition Fund (JTF), in nauwe samenwerking met projectpartners en mede dankzij aanvullende financiering van diverse andere betrokken partijen.